De nieuwe Wet Doorstroming Huurmarkt  

07-06-2016

Eind april 2016 is de Wet Doorstroming Huurmarkt 2015 door de Eerste Kamer aangenomen. Deze wet treedt met ingang van 1 juli 2016 in werking. Wat zijn de veranderingen?

De totale huurstijging bij sociale verhuur (dus van huurwoningen van woningcorporaties) wordt aan een maximum gebonden. Voor de overige huurwoningen. Voor de eigenaren van andere huurwoningen gaat er een andere regeling gelden. Zij mogen vanaf 2017 voor alle woningen elk jaar maximaal een huurverhoging gelijk aan het inflatiepercentage plus 2,5% doorvoeren. 

In het huidige Burgerlijk Wetboek (van voor 1 juli 2016) zijn al bepalingen over dringend eigen gebruik en over tijdelijke verhuur van woonruimte opgenomen.

Er bestaan reeds huurcontracten voor studentenwoningen en contracten voor woningen die zijn afgestemd op senioren en gehandicapten.

Het huidige wetboek voorziet in beperkte mate in de mogelijkheid om woonruimte tijdelijk te verhuren; bijvoorbeeld als het gaat om de huur en verhuur van een woning die naar zijn aard van korte duur is. In het algemeen is de opzegging van een tijdelijke huurovereenkomst van woonruimte onder het huidge recht aan de nodige formaliteiten gebonden.

De nieuwe Wet Doorstroming Huurmarkt biedt in aanvulling op het bovenstaande de mogelijkheid om wegens ‘dringend eigen gebruik’ de huur op te zeggen bij jongeren (artikel 7:274c van het BW), bij studenten en promovendi (artikel 7:274e van het BW) en bij grote gezinnen (7:274f van het BW) om deze woningen vervolgens weer aan dezelfde categorieën te verhuren.  

Bovendien voert de Wet Doorstroming Huurmarkt een nieuwe vorm van tijdelijk huren in: de huurovereenkomst voor (bepaalde) korte tijd voor zelfstandige woningen met een maximumduur van 2 jaar (artikel 7:271, eerste lid, van het BW) en de tijdelijke huurovereenkomst voor onzelfstandige woningen (kamers) voor maximaal 5 jaar (artikel 7:271, eerste lid, van het BW). Als de verhuurder het contract met inachtneming van een opzegtermijn opzegt, moet de huurder verhuizen. Vergeet de verhuurder dit, dan ontstaat er een contact voor onbepaalde tijd.

Enerzijds komt de Wet Doorstroming Huurmarkt tegemoet aan de roep uit de markt om flexibele tijdelijke huurcontracten die makkelijk opzegbaar zijn. Huurders zullen zich als goede huurders moeten bewijzen. Doen zij dat niet, dan kunnen verhuurders makkelijk van het huurcontract af. Anderzijds hebben degenen die zijn aangewezen op de particuliere huurmarkt, minder rechtsbescherming. Dat kan, bijvoorbeeld, in echtscheidingssituaties waarin een van de beide echtelieden de woning moet verlaten een probleem vormen. Het zal moeten worden afgewacht of en in hoeverre de rechter bereid is die verminderde rechtsbescherming op basis van algemene leerstukken van het recht te compenseren.

Elk geval is anders. Mocht u vragen over dit onderwerp hebben, win dan informatie in of vraag advies.